“De stad zit vol met verhalen”
Een wandeling door Londen met Nicci French is een ervaring op zich. Sean French beent met grote stappen van het ene interessante punt naar het andere. Nicci Gerrard legt ondertussen de verbinding met hun uitstekende nieuwe thriller Blauwe maandag die zich volledig in de Engelse hoofdstad afspeelt.
Hoofdpersoon is de eigenzinnige psychiater Frieda Klein. Dol op haar vrienden en familie, maar in haar eigen huis laat ze bijna niemand toe. Ze behandelt een patiënt die indringende dromen heeft waarin hij een jongetje met rood haar en sproeten ontvoerd. Als er net zo’n kind werkelijk wordt gekidnapt, stapt Frieda naar de politie. Het is het begin van een nauwe samenwerking.
Terugkerend thema in het boek zijn de lange, nachtelijke wandelingen die Frieda maakt als ze te onrustig is om te slapen. Zo leert ze haar woonplaats Londen op een heel eigen manier kennen.
Het is díe stad die Nicci French ons laat zien: geen imposante staaltjes moderne architectuur of indrukwekkende kerken, maar verborgen pareltjes, zoals een rivier waar eeuwen geleden overheen is gebouwd. Bij bepaalde rioolputten kun je het water nog steeds horen stromen.
Onder in een stenen monstruositeit uit de jaren zeventig is een groot raam aangebracht. Wie de moeite neemt om op z’n hurken te gaan zitten ziet een middeleeuwse put gevuld met helder water.
Sean beklimt meteen enthousiast zijn stokpaardje: “Hier stond een nonnenklooster uit de twaalfde eeuw, onder het regime van Hendrik de Achtste is het vernield en pas in de jaren zeventig van de vorige eeuw weer opgegraven. “
“Ik ben altijd al gefascineerd geweest door Londen, op het obsessionele af. Deze stad bestaat al tweeduizend jaar en heeft een eigen soort onderbewustzijn. Hele stukken verleden zijn bedekt door de tijd, maar je voelt dat ze er zijn.”
“Verder is er een heel eigen dynamiek; iedereen wil hier wonen. Alle culturen en nationaliteiten zijn vertegenwoordigd. De stad zit vol met verhalen. ”
’s Middags neemt het schrijversduo uitgebreid de tijd om over Blauwe maandag te vertellen. In hun gezellige Londense pied à terre lichten de schrijvers hun beslissing toe om te stoppen met op zichzelf staande boeken.
Nicci Gerrard: “Jaren heb ik gedacht dat we nooit aan een serie zouden beginnen. Maar met het verglijden van de tijd kwam er toch een behoeft om een groepje vaste personages langere tijd mee te maken. Hoe ze ouder worden, fouten maken en groeien als mens. We hebben gekozen voor een periode van acht jaar. Frieda is in Blauwe maandag eind dertig en zal midden veertig zijn als we klaar zijn. Maar er komen ook pubers in voor en ouderen, ook zij zullen meegroeien.”
Moeiteloos vult Sean haar aan: “We vonden Frieda leuk om over te schrijven. Van haar kun je je voorstellen dat je er langere tijd mee kunt doorbrengen. We ervaren dit echt als een uitdaging, we moeten acht boeken lang kunnen boeien en elk deel moet afzonderlijk goed te lezen zijn, maar de serie ook als één geheel.”
“Als psychotherapeute is Frieda een detective van de geest. Ze ziet de geheimen van anderen, maar houdt die van haar voor zichzelf. In de loop van de tijd zal steeds wat van haar ontsluierd worden. We weten nog niet alles van haar, maar weten wel waar we naar toe willen.”
“Het grootste verschil met een stand alone?”, Nicci hoeft er niet lang over na te denken: “We benaderen een boek anders, eerst was het: af is af. Nu kijken we over de laatste bladzijdes heen, we hoeven – net als in het echte leven – niet alles keurig af te ronden. Er mogen nog wat rafeltjes achter blijven.”
“Weet je wat ook echt heel anders is? We schrijven niet meer in de eerste persoon! Dat is dus echt een overgang, want je hebt geen directe toegang meer tot het hoofd van je personage. Voor ons een heel nieuw uitgangspunt. Uiteindelijk heeft alles goed uitgepakt, maar wat was het spannend om de lat steeds hoger te leggen. We hebben ons echt uit onze comfortzone getrokken. Dat was goed, want als we één ding niet willen dan is het in herhaling vallen.”
Uitg. Ambo-Anthos
Uit De Telegraaf van 25 mei 2011.
Geef een reactie